Aanscherping NHG

De uitkeringsnormen voor Nationale Hypotheek Garantie (NHG) zijn per 1 januari 2014 aanzienlijk verscherpt. Daardoor wordt het moeilijker om een restschuld te declareren na verkoop van een woning.

Als een woningbezitter NHG-garantie heeft, neemt NHG een restschuld over als een woning verkocht moet worden vanwege langdurige inkomensdaling, bijvoorbeeld als gevolg van echtscheiding, werkloosheid of arbeidsongeschiktheid. Maar het Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW), dat de regeling uitvoert, beschouwt een hypotheek sinds 1 januari minder snel als ‘ondraaglijk hoog’.

Dat komt doordat er nu voor het eerst een splitsing is gemaakt tussen normen voor nieuwe en bestaande hypotheken. Bij een nieuwe hypotheek gaat het fonds er bij een jaarinkomen van € 33.000 bruto en een rente van 4,1 procent bijvoorbeeld nog van uit dat de woningbezitter maximaal € 728,75 per maand aan hypotheeklast mag hebben. Maar als een woningbezitter met hetzelfde modale inkomen en dezelfde rente daadwerkelijk in aanmerking wil komen voor kwijtschelding, lukt dat alleen nog als de maandelijkse hypotheeklast hoger is dan € 907,50. In dit voorbeeld gaat het om een alleenstaande met werk.

Meer gebruik en misbruik
‘Wij hoeven niet bij te springen, want u kunt het nog wel betalen’, zegt het WEW vanaf de jaarwisseling dus in meer situaties. In de Volkskrant van vandaag geeft WEW-directeur Karel Schiffer toe dat de voorwaarden zijn aangescherpt omdat steeds meer mensen gebruik én misbruik maken van de NHG. In 2012 steeg het uitkeringsbedrag met 80 %, naar € 105 miljoen.

Schiffer zegt dat vooral echtscheidingen te vaak als excuus worden gebruikt om restschulden op de NHG af te wentelen. ‘Maar wij zijn geen pinautomaat’, zegt Schiffer. Het WEW verwacht de schadelast dit jaar met 10 à 15 procent te kunnen beperken, dankzij de strengere normen. Tegelijkertijd nemen de inkomsten van het WEW toe, omdat huiseigenaren bij het afsluiten van een nieuwe hypotheek een hogere premie voor NHG moeten betalen. Per 1 januari 2014 is deze premie namelijk verhoogd van 0,85 naar 1 procent van het hypotheekbedrag.